De vorm van een noot geeft weer hoe lang de toon duurt, welke waarde hij heeft. Dit zijn de belangrijkste noten:
De achtste noot heeft een kop, een stok en een vlaggetje. De stok kan zowel omhoog als omlaag staan, maar het vlaggetje wappert altijd naar rechts:
Noten met vlaggetjes kun je ook aan elkaar schrijven. In plaats van het vlaggetje gebruik je dan waardestrepen:
De verbindingsboog
Twee losse noten kun je combineren tot één klinkende toon. Dat gebeurt met behulp van een boog:
De notatie met een verbindingsboog gebruik je, als een andere notatie niet mogelijk is of als een andere notatie minder duidelijk is.
De punt
Een punt achter een noot laat de toon langer duren. De helft van zijn waarde komt er bij.
de punt
Overzicht
In onderstaand overzicht is de verhouding in tijd van de verschillende notenwaarden goed af te lezen:
Verdelingen
Een hele noot kan je op heel wat manieren opdelen in kleinere notenwaarden. Hieronder staan twee voorbeelden.
Maak zelf ook een paar verdelingen.
Tellen
In de muziek tel je om de maat te houden of om ingewikkelde ritmen te ontraadselen. Hierbij kan eigenlijk elke noot één tel duren. Meestal laat men de kwartnoot één tel duren. De halve noot duurt dan twee tellen, de achtste een halve tel, enz. Hoe is deze verdeling als de achtste noot één tel duurt? Of de halve noot? In het muziekschrift staat aangegeven welke noot één tel moet duren. Hierover vind je meer op de volgende bladzijden.
Bovenstaande tekst (copyright) is afkomstig uit de 2e druk van het boek Muziek, kort en bondig geschreven door Paul Bronkhorst. U mag de teksten, tekeningen en notenvoorbeelden uit dit boek vrij gebruiken, indien u: - deze zonder enige wijziging geheel of gedeeltelijk overneemt; - de bron volledig vermeldt (titel en auteur bij tekstovername, tekenaar bij overname tekeningen); - op geen enkele wijze hieraan verdient of vergoedingen ontvangt (geen readers of enig commercieel belang).